EEN DIJK VAN EEN VONDST
Het Atlantis van Westfriesland: het verdronken dorp Etersheim
Etersheim slingert zich in lintbebouwing langs de groene weilanden van De Braak: het laagste punt van Noord-Holland. Het dorpje lag vroeger echter niet achter, maar vóór de dijk, en werd in de vroege Middeleeuwen door het water verzwolgen. De resten van deze verdronken nederzetting bevinden zich nog altijd onder water - en misschien ook onderin de dijk, vertelt Archeoloog Jan-Willem Oudhof die het archeologisch onderzoek leidt namens de Alliantie Markermeerdijken tijdens de dijkversterkingswerkzaamheden.
“Heim betekent woonplaats: Etersheim betekent dan ook uiterste bewoning. Waarschijnlijk woonde er in de 12e eeuw al mensen, ze kwamen aan via riviertjes en ontgonnen het veen door sloten te graven. Zo ontwatert het land en wordt het geschikt voor landbouw. Maar omdat veengrond uit een opeenhoping van veenplantjes bestaat, werkt het als een spons. Ontwater je het veen, dan zakt de grond. Na verdamping en oxideren klinkt de grond steeds verder in. Het land ligt nu dan ook meters lager dan toen: we moesten wel dijken gaan bouwen.” Het water werd steeds woester “Dat was ook noodzakelijk omdat het water woester werd. Wat eens een meer was – het Almere – werd zee vanwege alle doorbraken, met een sterkere eb-en-vloedwerking: het Almere transformeerde in de Zuiderzee. De oorspronkelijke nederzetting Etersheim werd steeds vaker aangevallen door het water en de bewoning werd verder teruggedrongen het land in. Er kwamen dijken, maar een deel van Etersheim lag nog altijd buitendijks: de kerk verplaats je niet zo makkelijk. Dat zie je terug op de kaart van Beeldsnijder uit 1575. Op een gegeven moment werd het echter onhoudbaar. Het dorp is dus niet in één keer verzwolgen, maar door vloedgolven en overstromingen steeds verder beschadigd en teruggedrongen.”
Archeoloog Jan-Willem Oudhof:
"Een deel van Etersheim lag nog altijd buitendijks: de kerk verplaats je niet zo makkelijk"