Projectupdate

De ‘finishing touch’ van de dijkversterking

Inrichtings-elementen vinden hun plek

Bankjes, prullenbakken en steigers; op locaties waar de dijkversterking is afgerond, verschijnen deze inrichtingselementen. Landschapsarchitect Peter Westerink is nauw betrokken geweest bij het ontwerp en de aanschaf van deze objecten. Hij legt uit welke overwegingen hebben meegespeeld bij de gemaakte keuzes.

Als landschapsarchitect is Peter vanaf 2012 betrokken bij het dijkversterkingsproject van de Alliantie Markermeerdijken. “Als je in een landschap iets verandert, heeft dat effect op wat er al is”, stelt hij. “Bij zoiets groots als een dijkversterking is dat natuurlijk helemáál het geval. Een landschapsarchitect buigt zich over de vraag hoe je bij zo’n verandering het gebruik, de esthetiek en de toekomstbestendigheid op een goede manier kunt samenbrengen. Bij de Markermeerdijken is daar veel nadruk op gelegd, omdat het een provinciaal monument betreft. De dijk is de drager van dit oer-Hollandse landschap en de ‘tribune’ vanwaar je dat landschap als vanzelfsprekend kunt beleven. Deze vanzelfsprekendheid is het uitgangspunt geweest voor het hele project en is consequent doorgevoerd: zowel in het dijkprofiel als bij de inrichting.”

Alles weer op z’n plek

Als ‘finishing touch’ van de dijkversterking worden objecten neergezet die Peter in vaktaal ‘inrichtingselementen’ noemt. “Dat is een verzamelnaam voor alles wat op de dijk wordt geplaatst”, legt Peter uit. “Het varieert van bankjes, prullenbakken, trappen, fietsrekken en steigers tot een afrastering voor schapen en klap- en draaihekken. Het is dus heel breed.” Op de oude dijk stonden veel van dit soort elementen die voor de versterking moesten worden verwijderd. “Onze opdracht was om bestaande voorzieningen zoveel mogelijk weer terug te brengen”, vertelt Peter. “Dat hebben we dus gedaan. Daarnaast zijn bij de versterking zogenaamde meekoppelkansen gecreëerd: dat wil zeggen dat we hebben gekeken hoe we de ambities van anderen – zoals de provincie – konden meenemen in de dijkversterking. Denk bijvoorbeeld aan de fiets-wandelverbinding die over het hele project wordt aangelegd. De provincie en het recreatieschap hebben aangegeven dat ze langs dat pad graag wat extra bankjes zouden hebben. Dan kunnen de fietsers en wandelaars af en toe even zitten om uit te rusten en genieten van het uitzicht. Daar hebben we dus ook rekening mee gehouden.”

Peter:
”Die banken zijn heel sfeerbepalend”

Sfeerbepalend

Soms wordt een inrichtingselement speciaal voor het project ontwikkeld, maar soms is voor een bestaand product gekozen. Zoals de grote houten bank die op veel plekken langs de dijk is te vinden. Hoe is de keuze voor deze bank tot stand gekomen? “Tja, dat begint natuurlijk bij de vraag wat een passende bank is voor deze dijk”, antwoordt Peter. “Er komen aardig wat inrichtingselementen op de dijk en deze zijn dus ook sfeerbepalend. Daarom hebben we vooraf een vormgevingsplan opgesteld waarin het uiterlijk en de materialen zijn vastgelegd. Daarin staat dat we voor elementen óp de dijk hout en staal zouden gebruiken – dat geldt dus ook voor de banken. Die materialen passen namelijk prachtig bij de basis van de dijk, die wordt gevormd door gras, asfalt, beton en natuursteen. Ten aanzien van de vórm van een element als een bank, die dicht bij de grond staat, hebben we bepaald dat die massief en robuust zou moeten zijn. Daarom hebben we voor een grote houten bank gekozen van drie meter lang: die past bij de schaal van de dijk en het landschap.” Wie goed oplet, ziet echter dat niet óveral langs het water dezelfde banken staan. “Klopt”, beaamt Peter. “Dat heeft ermee te maken dat gemeenten binnen hun bebouwde kom het recht hebben om eigen afwijkende elementen te gebruiken. Maar alles wat wij als Alliantie neerzetten buiten de bebouwde kom is gelijk, of je nou bij Hoorn of bij Edam bent.”

Onderhoud

De uitstraling van een element is dus belangrijk, maar hoe zit het met praktische argumenten als onderhoud? “Daar houden we uiteraard ook rekening mee”, stelt Peter. “Het is jammer dat het nodig is, maar we kijken bijvoorbeeld in hoeverre een bank hufterproof is. Kijk, als je wilt, kan alles natuurlijk kapot. Maar we proberen dat zoveel mogelijk te vermijden.” Of er makkelijk omheen te maaien valt, is iets minder relevant in de overwegingen. “Rond de banken verzorgt het Recreatieschap het onderhoud”, vertelt Peter. “Zij maaien niet machinaal, zoals het waterschap, maar met de hand.”

Smaak

Hoewel de keuze voor een element – of het ontwerp ervan – dus van veel factoren afhangt, valt persoonlijke smaak natuurlijk nooit helemaal uit te schakelen. “Nee, dat speelt altijd wel een beetje mee”, stelt Peter. “Maar aan de andere kant: we maken deze keuzes samen met onze partners van de provincie, recreatieschap en de gemeenten. Dat is een team van 25 mensen. Je praat over de voorstellen en iedereen vindt daar wat van. Daardoor filter je uiteindelijk de persoonlijke smaak er wel aardig uit.” Tot nu toe is Peter heel tevreden over hoe de versterkte dijk eruit komt te zien, mét de nieuw geplaatste inrichtingselementen. “Ik ben blij met hoe mijn werk niet opvalt”, vertelt hij. “Dat klinkt misschien raar, maar in dit project is het grootste compliment dat de dijk er vanzelfsprekend uitziet. Op bepaalde delen is hij nog maar net af en de elementen zijn allemaal heel recentelijk geplaatst. Dus wat mij betreft mag er wel wat meer tijd overheen gaan, zodat alles wat meer gaat leven. Laat de tijd maar lekker zijn werk doen.”